Oranjemars door de ogen van een Blauwvinger

· leestijd 3 minuten Partnerbijdrages


ZWOLLE - Aan de kleur van de stoeptegels en de boodschap van de  muurschilderingen zie je of je in een rooms-katholiek deel van de stad zit of in een protestantse enclave. Handig voor cultureel-politiek georiteerde toeristen zou je zeggen. Maar de realiteit in de Noord-Ierse hoofdstad Belfast is nog altijd die van een stad waar dit soort markeringen geen uitnodiging zijn maar een waarschuwing.

Zwollenaar Gerrit Last ondervond het 'intimiderende karakter' ervan als eens tijdens een eerder bezoek aan Belfast. In de week van 12 juli gaat hij terug om op en rond die dag, wanneer de traditionele Oranjemars plaatsvindt, de sfeer te proeven en aan het papier toe te vertrouwen in de vorm van een boek. 

Zijn boek wordt, hoewel hij wel een historisch overzicht geeft, geen terugblik op het  aloude conflict tussen de rooms-katholieken en de protestantse minderheid. Het biedt wel een impressie van het leven in Belfast vandaag de dag, beleefd door de ogen van haar inwoners. Last hoopt dat de inwoners op een dag allen vreedzaam met elkaar samenwonen, maar wat hem betreft mogen de veelal militante muurschilderingen nog even het straatbeeld blijven domineren in de aan het centrum grenzende wijken. In elk geval tot na zijn bezoek.

Politie
Last: "Ze denken er over om de meest militante muurschilderingen weg te halen. Daarom wil ik dit jaar weer naar Belfast om nog meer van die schilderingen te fotograferen. Misschien is het als je langer wacht wel te laat." De foto's zullen een rode draad vormen door het boek van Last, vergezeld van inleidende verhalen. Een andere reden waarom de Zwollenaar uitgerekend deze Oranjemars bijwoont, is dat de spanningen tussen rooms-katholieken en protestanten weer zijn toegenomen. "In Nederland hoor je er bijna niets over, maar ik volg vrijwel dagelijks de Ierse media. Recent is er een politieagent gedood door een bomaanslag. Het geweld is de laatste jaren sowieso gericht op de politie en niet zozeer op de burgers. Waarom dat zo is? Ik weet het niet."

Schimmig
Volgens Last blijft het vaak schimmig wie zulke aanslagen pleegt. Het meest plausibel is volgens hem echter dat het gewoon dissidenten zijn die strijden voor een verenigd Ierland en niets willen weten van inmenging vanuit Londen en de protestanten nog altijd zien als indringers. Of het een religieus of politiek conflict is of van beiden wat, is een vraag die Last niet kan en evenmin van plan is te beantwoorden. "Iedereen ziet het op zijn eigen manier. Door een paar mensen daar naar te vragen in die korte tijd dat ik er ben, krijg je een gekleurd verhaal en dat wil ik niet."

Beïnvloeding
Om die reden heeft Last allerminst de pretentie om van het boek een analyse te maken waarin hij dit door emoties omgeven conflict tot op het bot ontleed. "Ik denk dat veel jongeren die in de Oranjemars meelopen niet eens zoveel van de geschiedenis weten maar gewoon van huis uit zijn beïnvloed. Wat mij vooral boeit, is hoe het is om als minderheid onder zulke omstandigheden te leven. Daarnaast heb ik al vanaf mijn kind zijn een sterke interesse voor Engeland en het Verenigd Koninkrijk (Groot-Brittanni en Noord-Ierland red.) en keek ik al jong naar de televisie als er beelden uit Noord-Ierland op waren. Ik vraag mij af hoe het is om nu in Belfast te leven. Rooms-katholieken en protestanten treffen elkaar op de werkvloer, hebben dagelijks met elkaar te maken. Vaak gaat het goed en waar ik nu zo benieuwd naar ben is waarom tijdens de Oranjemars, die door de protestanten wordt gezien als traditie en door de rooms-katholieken als provocatie, alles weer oplaait. En waarom de marslopers zich laten bekogelen en zich er op haast arrogante wijze niets van aan trekken. Dit terwijl Belfast op andere dagen best een normale stad is."

Al hangt het er wel vanaf wat je normaal noemt, weet Last. De stad die eigenlijk helemaal niet zo groot is, maar volgens Last steeds meer de kenmerken krijgt van een metropool, gaat telkens weer om 18.00 uur op slot. Dat wil zeggen dat de hekken dichtgaan. Kenmerkend is eveneens het politiebureau dat met zijn omheining meer op een gevangenis lijkt. Last laat een foto zien. "Het lijkt niet bepaald op een Nederlands politiebureau." De inwoners van Belfast zijn niet zelden schuw, willen lang niet altijd praten met die meneer uit Nederland met een iets te Engels accent. "Ik heb daar wel een soort antenne voor, weet met wie ik wel en niet moet praten. Het moeilijke blijft dat niemand er snel het achterste van zijn tong laat zien. Ik weet dus ook nog niet wat er allemaal in het boek komt te staan. Dat laat ik van de verhalen afhangen", besluit Last.