Salverda Trofee verkiezing is terug van nooit weggeweest
· leestijd 2 minuten Sport(Door Erik Riemens)
AMATEURVOETBAL – De Salverda Trofee uitreiking kende woensdag een groot bekende gezichten gehalte. Veel voetballers, bestuursleden en andere genodigden waren naar Café De Hetebrij gekomen voor het prijzenfestival. Dankzij het mooie weer, het besef dat dit toch gelukkig weer georganiseerd kon worden en met een lekker drankje in de hand, werd het een geslaagde avond.
Freelance journalist Mark de Rooij - de laatste jaren hét gezicht van de sport van De Swollenaer - praatte de avond prima bij elkaar. Daarbij geassisteerd door bladmanager en organisator Wim Mossel van de Swollenaer. Sponsor en naamgever Arjan Berends, directeur van bouwbedrijf Salverda uit ’t Harde had meteen goed nieuws. “We gaan ook volgend jaar door met de Salverda Trofee.” Dat de verkiezing leeft onder de Zwolse amateurvoetballers werd woensdag andermaal duidelijk. Veel aanwezige voetballers werpen toch iedere week een blik in de krant of hebben online al meegekregen hoe de grote concurrent, het ervan afgebracht heeft.
Hengstenbal
Voordat de prijzen overhandigd werden, werd de ervaren journalist Harry Bouwhuis nog naar voren gehaald. Hij was vanaf de eerste editie in 2008 al betrokken bij het op poten zetten van de verkiezing. “Het is mooi om te zien dat de Salverda Trofee al die jaren professioneler, beter en nog gezelliger geworden is. Ook is het een goede zaak dat met de opkomst van het vrouwenvoetbal, er nu ook een volwaardige verkiezing is voor de vrouwen. Want in de beginfase was het toch een echt hengstenbal.”
Het bleef niet alleen bij woorden van Bouwhuis, die het presentatiestokje na al die jaren overdraagt aan De Rooij. Namens De Swollenaer kreeg hij ook een ingelijste krantenvoorpagina met daarop een familiefoto cadeau. Elles Hetebrij overhandigde hem nog een dinerbon voor restaurant Meneer Jan aan de overzijde.
Olympische Spelen
Vervolgens was het tijd voor de gastspreker van de avond Jeroen van Leeuwen. De huidige technisch directeur van de KNGU, was tot 1 mei operationeel manager bij PEC Zwolle en daarvoor jarenlang werkzaam bij Sportservice Zwolle, waarvan de laatste vier jaar als directeur. “Ik heb altijd twee dromen gehad. Werken bij een voetbalclub en het meemaken van de Olympische Spelen. De spelen van 2024 komen eraan. Mijn voornaamste taak bij de turnbond is het gezonder maken en het verbeteren van het sportklimaat. Ik heb al heel veel gesprekken gevoerd en je merkt toch door al het nieuws over grensoverschrijdend gedrag, het vertrouwen is weggeëbd en dat er te weinig aandacht is voor alles wat wél goedgaat. Want er gaat ook heel veel goed.”
De nationale turnbond en een betaald voetbalorganisatie waren volgens Van Leeuwen enigszins vergelijkbaar, maar met één groot verschil. “Bij een voetbalclub staat plezier voorop en wil je veilig en leuk kunnen sporten. Dat geldt ook voor de turnbond. Alleen bij het voetbal gaat veel meer geld in om.”
Fundament
Van Leeuwen kreeg ook de vraag over het moment van zijn vertrek bij PEC. Een gevalletje eieren voor zijn geld kiezen? “Eind februari heb ik de keuze gemaakt om naar de KNGU te gaan. Toen stonden we er met PEC heel slecht voor. In mei ben ik begonnen, in combinatie met de laatste thuiswedstrijd en de afronding van mijn werkzaamheden van PEC Zwolle. Ik moet zeggen dat ik van de degradatie wel een weekje last heb gehad. Toch ben ik positief gestemd. Er zijn bijna 8000 seizoenkaarten verkocht, de steun van de supporters is fantastisch en ik denk dat het wel lukt om na een jaartje terug te keren naar de eredivisie. En mocht dat niet het geval zijn, dan moet PEC bouwen aan een goed en sterk fundament om zo binnen twee, drie jaar alsnog te promoveren.”
Leeft
Zwollenaar Van Leeuwen is een liefhebber én volger van het amateurvoetbal. Ooit begonnen als jochie bij SV Zwolle, voetbalde hij daarna bij CSV’28 en WVF. Bij die club was hij ook zes jaar assistent-trainer en eventjes hoofdtrainer. “WVF is wel mijn echt mijn club geworden. Mijn zoontje speelt er nu ook weer. Zaterdag is wat dat betreft een fantastische dag. En wat ook mooi is, is om hier zoveel bekende gezichten te zien. Een teken dat het amateurvoetbal in Zwolle nog steeds leeft.”
