Afbeelding

Herdenking afschaffing van slavernij: verzoening, voldoening en verdergaan

· leestijd 2 minuten Partnerbijdrages

(door Christiaan Schutte)ZWOLLE - Er dankbaar voor zijn is niet echt op zijn plaats. Daarvoor komt de spijtbetuiging te laat. Ook kun je volgens hen vraagtekens zetten bij het spontane karakter ervan gezien het jarenlange aandringen vanuit de Caribische gemeenschap zelf.Toch voelen Franklin Francinet en Juliana van Thijs van Zwols Overleg Caribische Nederlanders (ZWOCAN) een stuk voldoening bij de gedachte aan de verzoeningsdienst in baptistenkerk De Samenhof op 6 juli. Dan wordt, in navolging van een landelijk initiatief, namens een aantal Zwolse kerken excuus aangeboden aan mensen van Surinaamse en Antilliaanse komaf voor de slavernij. Aanleiding is dat het op 1 juli honderdvijftig jaar geleden is dat de slavernij in het Caribisch gebied werd afgeschaft. EchoHet mag anderhalve eeuw geleden zijn, de onterechte maar niet minder evidente gevoelens van minderwaardigheid –aangepraat en er in gestampt door de blanke overheerser- echoën nog steeds na in de psyche van de nazaten, weet Van Thijs. “Ik herinner mij hoe ik werd geadviseerd om bij een bank te gaan werken omdat je daar veel blanke collega’s hebt en dat zou goed zijn voor je carrière.” Overigens zou Van Thijs niet bij een bank terechtkomen, maar illustratief is het wel. Of toch niet? Francinet: “Ik wil vooral toch ook wijzen op wat de zwarte bevolking zelf heeft gedaan om aan slavernij en discriminatie een einde te maken. Als je onrecht wordt aangedaan moet je daar zelf tegen in opstand komen, de machthebbers staan niet uit zichzelf een stukje van hun macht af. Dat wij als zwarte bevolking voor onszelf zijn opgekomen, heeft ons trots gemaakt en een stuk creativiteit losgemaakt. Wat dat betreft zie ik deze dienst niet alleen als een moment voor verzoening maar tevens als een nieuw vertrekpunt.” Francinet en Van Thijs zijn zichtbaar betrokken bij datgene wat hun voorouders is aangedaan, maar praten met nuance als het gaat om schuld. “Net zo min als je de individuele Duitser verantwoordelijk kunt houden voor de in de Tweede Wereldoorlog aangerichte ellende zijn blanke Nederlanders hoofdelijk aansprakelijk voor de slavernij. Het waren met name de rijke Hollanders die zich verrijkten met de slavenhandel en de slavernij”, zegt Francinet. ComplexHet onderwerp slavernij zelf is complex. Zo kreeg Van Thijs eens excuses aangeboden van een andere zwarte vrouw voor het feit dat zij uit een Afrikaans gebied komt waar de zwarte bevolking zelf meehielp aan het transport van andere zwarte mensen. Dat neemt niet weg dat er een collectieve verantwoordelijkheid ligt bij de blanke bevolking om rekenschap te geven van de misdaden en -standen uit het verleden. Iets wat zeker ook geldt voor de kerk vindt Francinet. “De slavernij is vanuit de kerk gerechtvaardigd vanuit de gedachte dat de zwarte bevolking zou afstammen van Cham die zijn vader Noach had gespot met als straf van God dat zijn nageslacht daarvoor moest boeten. Zwarte mensen werden bijgevolg door velen gelijkgesteld aan beesten of gewoon een soort van product waarmee je kon doen wat je wilde.” UitlegIn dat licht bezien vindt Van Thijs de uitleg die voorzitter Klaas van der Kamp van de ‘Raad van Kerken in Nederland’ geeft aan de excuses een goede. “Hij heeft er zelf geen schuld aan maar erkent wel dat hij voortkomt uit de blanke cultuur die niet alleen positieve maar ook heel kwalijke dingen, zoals de slavernij, tot stand bracht.” De verzoeningsdienst in De Samenhof op 6 juli begint om 19.00 uur. Juliana van Thijs en Franklin Francinet. Foto: Christiaan Schutte