VSW-spits Joey Platenkamp (links) aan de bal in het duel tegen Wijthmen.
VSW-spits Joey Platenkamp (links) aan de bal in het duel tegen Wijthmen. Foto: © Pedro Sluiter

Salverda Trofee: Platenkamp moet de kansen nu zelf creëren én ze erin schieten bij VSW

(door Mark de Rooij)

AMATEURVOETBAL – Balletjeswachters, stormrammen, pinchhitters, werkpaarden en paradepaardjes. In het klassement van de Salverda Trofee vinden we doelpuntenmakers in allerlei gedaantes terug. In deze rubriek laat De Swollenaer het licht schijnen op een aanvaller met vier vaste vragen. Deze week: Joey Platenkamp van VSW.

“De rollen zijn nu omgedraaid. Waar eerst de kansen voor mij werden gecreëerd en ik ze er alleen maar in hoefde te schieten, ben ik nu zelf degene die de kansen creëert”, zegt Platenkamp. Wie die kansen er vervolgens in moet schieten, is de vraag. Na Joey heeft alleen broertje Luca meer dan één treffer op zijn naam staan dit seizoen. 

VSW blijft na de 0-1 nederlaag tegen Wijthmen de nummer één-na-laatst in 4D en dat is een compleet andere realiteit dan in de jaren 2016-2020, toen de ploeg bovenin de vierde klasse mee draaide en zelfs een jaartje derde klasse speelde.

Dat Joey Platenkamp (24) na de winst van de Salverda Trofee (39 goals in 2017/2018) niet meer in de buurt is gekomen van dat succes, ligt dan ook vooral aan het elftal om hem heen. Dat heeft flink aan kwaliteit ingeboet. Met de spits zelf ging het met 14 (in 3C) en 15 goals (in 4D) helemaal niet zo slecht in de jaren daarna. 

“Scoren verleer je niet. Dat zit in je”, denkt Platenkamp, die aangeeft niet zo fit te zijn als in die eerder genoemde seizoenen. “Dat is ook lastig met al die onderbrekingen door corona de hele tijd.”

Dit seizoen kampt Platenkamp aanvankelijk met een enkelblessure, maar met zes doelpunten vinden we de goaltjesdief toch weer terug in het klassement van de Salverda Trofee. Grote kansen op nummer zeven krijgt Platenkamp zaterdag niet, in de stadsderby tegen Wijthmen. Dat had anders kunnen zijn als broertje Luca iets nauwkeuriger passt na de bal te hebben veroverd op de rand van het strafschopgebied. “Als ik hem goed krijg, is het denk ik wel 1-1. Het is eigenlijk het enige moment dat we gevaarlijk zijn geweest”, kijkt de topscorer terug.

Hoe oud was je toen je op voetbal ging en was het al snel duidelijk dat jij een doelpuntenmaker was?

“Ik was zeven. En speelde altijd als linksbuiten. Pas in de B1 (bij Wijhe '92) zette een trainer mij in de spits. Ik scoorde nog niet gelijk zo veel. In het eerste jaar in de spits acht, het jaar erop twintig. Ik speelde drie duels in de A1 van Wijhe voordat ik naar VSW ging. Daar ging het scoren me makkelijk af.”

Hoe belangrijk zijn doelpunten voor jou?

“Ik wil sowieso altijd scoren. Ik ga niet zeggen dat een assist net zo leuk is, ik schiet ze er echt liever zelf in.”

Juich je altijd op dezelfde manier na een doelpunt?

“Nee, ligt het eraan hoe ik me voel. Als ik niet zo lekker in de wedstrijd zit, is het meestal heel rustig. En anders... ja ik weet het eigenlijk niet. Ik doe niks raars in ieder geval.”

Wat betekent de Salverda Trofee voor jou?

“Als ik een Swollenaer zie liggen, kijk ik even achterop. Maar ik ben er verder niet zo mee bezig. Dat zou denk ik ook niet goed zijn, want dat geeft alleen maar extra druk."