Onvoorwaardelijke clubliefde

Ruim 44 jaar geleden opende ik mijn hart voor PEC Zwolle. Bij de kampioenswedstrijd tegen FC Vlaardingen op 15 mei 1978 raakte ik voorgoed besmet met het blauwwitte virus. Een ziekteverwekker die ik koester en waar geen booster tegen helpt.

Spelers en later trainers als Ben Hendriks en RonJans verleidden mij, maar ook tussen de supporters voelde ik me prettig. Ik vond letterlijk en figuurlijk bij PEC mijn tweede thuis. Ik werd geraakt door de manier van spelen, het gezamenlijk juichen, mopperen en huilen. Ik leerde er veel mensen kennen en maakte er vrienden. Op de oude Berkumtribune vond ik mijn vaste stek. Bracht daar mijn hartstocht over op mijn zoon en onze jongste kleinzoon loopt al rond in een blauwwit shirtje.

Onvoorwaardelijke clubliefde betekent dat mijn vlammetje pas dooft als ik er niet meer ben. Tot dan verleng ik mijn seizoenkaart. En als het nodig is, zoals in de coronatijd, zelfs met twee jaar. Onze aanhang is net zo trouw. Zelfs in de Keuken Kampioen Divise is het stadion uitverkocht en bij uitwedstrijden is het bezoekende supportersvak vol. Clubliefde voor altijd. 

Naarmate ik ouder word, ligt het gevaar op de loer dat ik ga romantiseren. Uiteraard heb ik in die jaren de samenleving zien veranderen en dus ook het voetbal. Het is allemaal harder, afstandelijker en killer geworden. 

Voetbal is geleidelijk aan zakelijker geworden. Het draait bijna alleen om geld. Met alle gevolgen van dien. Romantiseren doe je nu met vrienden aan de borreltafel of in je dromen waarbij je wakker wordt in een kolkend Feyenoordstadion in het jaar 2014.

PEC Zwolle heeft in bestuurlijk en technisch opzicht enorme veranderingen ondergaan. Sponsoren bepalen de koers van onze club. Er staat een trainer die slechts weet dat zijn club in blauw en wit speelt. Binding heeft hij nauwelijks. Al een paar keer schijnt hij in gesprek met andere clubs te zijn geweest. Dat tekent de man. Tot nu toe schijnt het gras bij ons nog groener te zijn, maar waar rook is is vuur. Ik vrees…

Dit soort acties zorgen niet voor een band met die trouwe supporters. Terwijl voetbal juist zorgt voor verbinding. Ik schrik dan ook als supportersgroepen, zoals laatst, een brandbrief sturen. Omdat ze zich in de steek gelaten voelen. Dat ze er niet toe doen. 

Het is de hoogste tijd dat aan de bestuurstafel het blauwwitte hart weer gaat kloppen.

Anton Cramer