Afbeelding

Van de tribune: Onechte clubliefde

· leestijd 1 minuut Algemeen

Een van mijn genoeglijke binnenpretjes is dat mijn aanwezigheid bij een voetbalwedstrijd bijdraagt aan een positief resultaat voor PEC Zwolle. Ben ik er niet bij dan check ik mijn telefoon om de paar minuten. 

Noem het een afwijking. PEC Zwolle en ik zitten aan elkaar vastgeklonken. En ik ben lang niet de enige. Er lopen talloze supporters rond met zo’n mankement. Ik ken iemand die voor iedere wedstrijd haar nageltjes blauw lakt en een blauw tasje bij zich draagt dat bijna op de draad is versleten. Zonder deze buidel is haar gevoel voor de wedstrijd slecht. Zolang deze eigenaardigheden niet uit de hand lopen is het best. Je moet doen waar je zelf lekker bij voelt. Leven en laten leven. 

Er zijn afwijkingen waar ik niet tegen kan. Bier op het veld gooien naar de vijandelijke doelman, ik vind het absurd. Net zoals vuurwerk niet thuishoort op de grasmat. Stoelen demonteren, reclameborden vernielen, bussen slopen, hekken vernielen en stenen gooien, het kan niet. Toch gebeurt het. Ook bij PEC Zwolle.

Los van het enorme nadeel voor de club, wat ik het ergste vind is dat alle supporters in dit soort gevallen van vernielzucht over één kam worden geschoren. Voor een aantal incidenten in drie wedstrijden wordt de club nu fors beboet. De goedwillende supporters mogen binnenkort niet mee om hun club aan te moedigen in Dordrecht. De raddraaiers gaan vrijuit. Bedankt idioten. Jullie mollen de boel, laten de club in de steek. In wezen onbestaanbaar en de idiotie ten top. Dit zijn geen supporters, dit zijn doorgesnoven en doorgezopen gekken die het voor iedereen verpesten. En de club kan 35.000 euro aftikken.

De oplossing van de club is het mogelijk instellen van een budget. Daaruit kunnen sfeeracties in het stadion worden betaald. Ook mogelijke boetes. In de hoop dat goedwillende supporters de raddraaiers gaan aanspreken. Ik begrijp dat het om een betrekkelijk kleine groep gaat. De namen zijn bekend, camerabeelden zijn er in overvloed. Dus oppakken en rechtvaardig straffen. Niet pappen en nathouden, maar aanpakken.

Deze trieste figuren bezorgen ons een slechte naam. Niks clubliefde maar ophitserij onder invloed van elkaar en de nodige spiritualiën. Onechte clubliefde hoort niet thuis op een tribune. Dus zit ik volgende week vrijdag me weer eens te verbijten buiten het stadion en hulpeloos mijn telefoon te controleren. En toch, ik laat m’n club niet in de steek. Nooit!

Anton Cramer


Gerard Meijeringh